Skip to main content

De trechterwolk blijkt aambeeldwolk

10 juni 2023

In oktober schreef ik in de natuurrubriek over een trechtervormige wolk die ik had gezien tijdens een wandeling in de Groenzoom. Op internet las ik dat er trechterwolken (cumulonimbus tuba) bestaan, maar ik twijfelde of het dit type wolk was. Na publicatie van de rubriek kreeg ik een reactie van Femme Verbeek.

Een aambeeldwolk gefotografeerd vanaf de Tuindersweg in Pijnacker (foto: Femme Verbeek)

Femme: “Die wolk op 28 september was een zeldzame omstandigheid, dat er zo mooi en overtuigend een cumulonimbus wolk te zien was. Ik kon hem onderweg van Tilburg naar Pijnacker bijna de hele weg lang zien. Dat betekent dat hij enorm groot en ver weg is geweest. Hij ziet er zo rustig uit omdat de bovenkant tot in de stabiele stratosfeer reikt. Pas in Pijnacker kon ik stoppen om er een foto van te maken. Ik was verbaasd een artikel te lezen over dezelfde wolk, maar je had de datum erbij gezet en die klopte echt. Dit soort wolken is zo groot dat het ook echt geen andere geweest kan zijn. Je moet je voorstellen dat deze op een afstand van half Nederland zichtbaar was en hoger was dan Mount Everest. Meestal worden ze trouwens als aambeeldwolk aangeduid. Een trechterwolk is iets anders.”

Ik was blij met deze informatieve reactie en vroeg aan Femme waar zijn wolkenkennis vandaan komt. Hij antwoordde: “Als kind had ik al een boek waar de wolken in benoemd werden. Ik heb een aantal jaar aan zweefvliegen gedaan. Dan ga je vanzelf op de lucht letten. Verder ben ik natuurkundige. Deze aambeeldwolken komen wel vaker voor, maar het is zeldzaam dat ze zo mooi te zien zijn. Dan moet hij aan de rand van zo'n 50 km heldere lucht staan. Van hier naar Amsterdam zeg maar. Ik heb het pas één keer eerder zo mooi gezien.”

Op de website van het KNMI is veel informatie te vinden over wolken. Daar lees ik: “Een cumulonimbus is een zeer sterk uitgegroeide cumuluswolk, waardoor de bovenkant overgaat in ijs. Die bovenkant bevat onscherpe, draderige vormen of witte vlakken die aan cirruswolken doen denken. De ijskap is vaak zichtbaar in de vorm van een aambeeld. De cumulonimbus komt hoog, in de zomer vaak hoger dan 12 kilometer, zodat de wolk met de bovenkant tegen een grenslaag stoot, de zogeheten tropopauze.  In die laag is de lucht warmer waardoor de buienwolk niet meer verder stijgt. Boven die hoogte bolt de wolk niet verder omhoog, maar spreiden lucht en wolk zich uit in horizontale richting. Zo ontstaat het aambeeld of paddenstoelvormige wolk. De cumulonimbus is een echte buienwolk. Ze veroorzaken altijd onweersbuien, vaak ook gepaard gaande met hagel en windstoten.“