Historie
Hoe het begon (1961-1970)
In 1961 wordt de ‘Natuur- en Vogelbeschermingswacht Pijnacker’ opgericht. Tot ver in de jaren zeventig heeft de vereniging twee hoofdactiviteiten. Ten eerste is dat de zorg voor vogels. Zo worden vogels in perioden van barre kou gevoederd om ze de winter door te helpen. Ook worden broedterreinen beschermd en nestkasten geplaatst, met name bij de Plas van Van Buysen. Lange tijd (van 1966 tot 1979) bestaat er een vogelopvangcentrum, waar zieke of anderszins behoeftige vogels worden verzorgd.
De tweede hoofdactiviteit die de vereniging van oudsher heeft, zouden we als kennisoverdracht kunnen betitelen. Al in de beginjaren wordt het blad ‘De jonge wulp’ uitgegeven, bestemd voor de jeugdleden. Enkele jaren later verschijnt het blad ‘De wulp’ voor volwassenen. Er worden lezingen, filmvoorstellingen, puzzeltochten en excursies georganiseerd, deels speciaal voor de jeugd.
Van vogelwacht naar vogelbescherming (1971 – 1980)
De eerste helft van de jaren zeventig kampt de vereniging met een beperkt aantal leden en dientengevolge een beperkte activiteit. De nestkasten bij de Plas van Van Buysen worden nog steeds onderhouden, maar ze worden regelmatig vernield door rondhangende jeugd. De geplaatste borden bieden geen soelaas.
In 1977 wordt een eerste bezwaarschrift ingediend, en wel tegen het bestemmingsplan “Buitengebied” van de gemeente Pijnacker. Het plan beoogt de Plas van Van Buysen te bestemmen tot recreatiegebied.
In 1979 wordt het vogelopvangcentrum van Theo en Wil Josselin-de Jong aan de Julianalaan opgeheven. In het najaar wordt de naam van de vereniging gewijzigd van ‘Natuur- en Vogelbeschermingswacht Pijnacker’ in ‘Vereniging voor Natuur- en Vogelbescherming Pijnacker’. Zo wordt duidelijk dat het een vereniging betreft en de echte vogelwachtactiviteiten (zoals het bewaken van broedterreinen) krijgen minder de aandacht.
Van vogelbescherming naar natuur- en milieubescherming (1981 – 1990)
Daarna zijn de werkzaamheden van de vereniging wat verschoven. De vroegere hoofdactiviteit ‘zorg voor de vogels’ wordt verbreed tot zorg voor de natuur. Duidelijk wordt dat de bedreigingen voor de natuur vooral afkomstig zijn van rijk, provincie en gemeente, zodat de vereniging zich intensiever gaat bezighouden met het volgen van allerlei voor de natuur nadelige planologische ontwikkelingen. Om er enkele te noemen: de voorgenomen aanleg van de provinciale weg tussen Delft en Zoetermeer, de N470 (vroeger SW 53; de eerste plannen dateren van 1983), en het plan om vliegveld Zestienhoven in noordelijke richting te verplaatsen.
Een nieuwe taak van de vereniging wordt de zorg voor het milieu. Zo maken we bezwaar tegen onkruidbestrijding door de plantsoenendienst met behulp van de gifspuit. Helaas met weinig resultaat. Ook houdt de vereniging zich intensief bezig met de stankoverlast die een bedrijf in de gemeente veroorzaakt. Na een enquête onder de omwonenden en een procedure bij de Raad van State wordt bereikt dat er strengere voorschriften in de milieuvergunning worden opgenomen om de stank te beperken. In 1990 wordt bekendheid gegeven aan de Nationale Milieuaktie met een artikel in de Telstar en het rondbrengen van 2500 folders. Dit nieuwe aandachtsgebied, het milieu, is aanleiding om in 1990 de naam opnieuw te wijzigen, deze keer in ‘Vereniging voor Natuur- en Milieubescherming Pijnacker’ (afgekort NMP).
Ook in heel praktische zin wordt de zorg voor de natuur gestalte gegeven: sinds begin jaren 80 doen vrijwilligers van de vereniging vrijwel elke zaterdagmiddag aan landschapsonderhoud, eerst o.a. bij de Plas van Van Buysen en vanaf 1988 in het natuurreservaat Ackerdijkse Plassen. Vanaf 1983 worden weidevogels beschermd door de nesten op boerenbedrijven op te zoeken en te markeren, zodat ze niet worden weggemaaid.
Er is ook aandacht voor natuurbeleving en er worden jaarlijks meerdere excursies georganiseerd. Ook wordt de eerste cursus gegeven in 1985. In 1982 verschijnt de eerste Verderkijker, eerst gestencild op A4-formaat en later getypt en gedrukt op A3-formaat.
Inspraak op planologische plannen (1991 – 2000)
Vanaf 1990 richten de activiteiten van de vereniging zich voor een groot deel op het planologische vlak. Het Rijk heeft besloten dat er in Nederland een stelsel van natuurgebieden moet komen, met goede verbindingen daartussen: de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Belangrijke schakel in dit natuurnetwerk is de verbindingszone tussen Midden-Delfland (ten zuiden van Delft) en het Groene Hart (met uitlopers bij Zoetermeer en Leidschendam). Deze verbindingszone moet aan de zuid- en oostkant van de bebouwde kom van Pijnacker gaan lopen. Vanwege de vorm van dit natuurlijke en waterrijke gebied wordt hieraan de naam “de Groenblauwe Slinger” gegeven. Probleem hierbij is, dat de verschillende overheden tevens grootse plannen hebben gemaakt voor woningbouw in de regio. Ook Pijnacker wil grote hoeveelheden huizen bouwen, vooral aan de zuid- en oostkant van de huidige bebouwing. En daarmee komen de plannen in conflict met de Groenblauwe Slinger: als Pijnacker zijn zin krijgt, groeit onze gemeente bijna aan onze zuiderbuur, Berkel en Rodenrijs, vast. Voor een goed functionerende ecologische verbindingszone is dan geen plaats meer, te meer omdat in hetzelfde gebied ook nog eens een nieuwe provinciale weg gepland is: de N470, tussen Delft en Zoetermeer. In het smalste stukje van de Groenblauwe Slinger moet zelfs nog een aftakking van de N470 naar Rotterdam komen. Al in een vroeg stadium vraagt NMP aandacht voor het probleem. En het blijft niet bij tegenstribbelen: alternatieve woningbouwlocaties (binnen de gemeentegrenzen!) worden voorgesteld, grondig onderbouwd door middel van een lijvig rapport. Deze “Groene structuurvisie” wordt eind 1994, na enkele maanden hard werken, aangeboden aan het gemeentebestuur. Dat heeft echter weinig belangstelling voor onze argumenten. De NMP gaat daarom op het juridische pad. De juridische procedures weten de ontwikkelingen echter niet tegen te houden.
In 1998 wint de Vereniging de Landschapsprijs van de provincie Zuid-Holland. Omdat we daar best trots op waren (en nog steeds zijn), citeren we graag een stukje uit het juryrapport: “De vereniging vecht al jaren op grensverleggende wijze voor behoud van de laatste stukjes landschap en natuur in de wijdere omgeving van Pijnacker en verdient daarvoor lof. (…) De jury is van oordeel dat de rol van de vereniging in de Pijnackerse leefomgeving samengevat kan worden in drie kernwoorden: vasthoudendheid, betrokkenheid en deskundigheid.”
Het geldbedrag van 10.000 gulden dat aan de prijs verbonden is, wordt voor een deel besteed aan een intensieve ledenwerfcampagne. En dat resulteert in een behoorlijke groei van het aantal leden tot bijna 400; een heel mooie score in een gemeente van (toen nog) zo’n 20.000 inwoners. Het grootste deel van de Landschapsprijs wordt echter besteed aan een fietsroute (zie Fietsen/wandelen) door de omgeving van Pijnacker en het plaatsen van informatiepanelen langs deze route.
Ook in dit decennium wordt elke zaterdag gewerkt in de Ackerdijkse Plassen. Er worden cursussen over en excursies in de natuur georganiseerd.
Van ‘strijd tegen’ naar ‘overleg met’ de gemeente (2001 – 2010)
Het voeren van juridische procedures tegen de bouwplannen blijkt niet erg kansrijk meer te zijn. Bovendien is in Pijnacker-Nootdorp een nieuw gemeentebestuur aangetreden dat bereid blijkt meer rekening te houden met de belangen van natuur en landschap. Zo komt er weer een toenadering tot stand tussen de vroegere ‘kemphanen’. Na lang praten wordt in het voorjaar van 2003 een convenant tussen de gemeente en de vereniging ondertekend. De nieuwe bouwlocaties en nieuwe wegen houden we niet meer tegen, maar afgesproken wordt dat het verlies aan natuur voor een deel gecompenseerd wordt en dat er bij de inrichting van de nieuwe wijk Keizershof een deel van de bestaande natuur ter plaatse behouden blijft. Dit levert uiteindelijk in 2006 in de Zuidpolder het natuurgebied De Groene Keyzer op.
De inpassing van de N470 en met name de inrichting bij de Klapwijkse Knoop baart de vereniging vanaf 2004 ernstige zorgen. Het wordt een barrière in de ecologische verbinding. Daarnaast vragen de bouwvoorbereidingen voor Keizershof en de toekomstige inrichting van de Groenzone (de latere Groenzoom) veel aandacht. Er wordt bezwaar gemaakt tegen het bestemmingsplan voor de Klapwijkse Knoop en zelfs beroep aangetekend bij de Raad van State. Dat beroep wordt gewonnen, waardoor de gemeente de inrichting moet laten voldoen aan de ecologische eisen (al is het een minimale variant).
Ook in dit decennium wordt elke zaterdag gewerkt in de Ackerdijkse Plassen. Er worden cursussen over en excursies in de natuur georganiseerd. In 2007 wordt een discussieavond georganiseerd naar aanleiding van de film van Al Gore ‘An inconvenient truth’. Ook is er aandacht voor de gemeenteraadsverkiezingen en de nota ‘Duurzaamheid’ van de gemeente. NMP is jaarlijks aanwezig bij de Bieslanddagen en de Natuurvierdaagse. De Verderkijker verschijnt vanaf 2002 met een mooie aquarel op de omslag.
Beschermen, beheren, beleven (2011 – 2020)
In het kader van Beschermen participeert NMP in veel vormen van inspraak en overleg. Natuurlijk om de belangen van onze leden (natuurliefhebbers!) te vertegenwoordigen, maar vooral ook om in samenwerking met de deelnemende partijen tot constructieve oplossingen te komen op het gebied van natuur en milieu. Onze belangrijkste gesprekspartner is de gemeente Pijnacker-Nootdorp. We overleggen jaarlijks met de wethouder die natuur en milieu in zijn portefeuille heeft. En we overleggen met projectleiders van nieuwe wijken zoals Keijzerhof en Tuindershof over de ecologische inrichting. Daarnaast zitten we in lokale en regionale overlegorganen en is er contact met gebiedsbeheerders.
Ooit, in 2014, waren windmolens in beeld, als vorm van duurzame energie. Inmiddels zet de gemeente in op aardwarmte, wamte-koude opslag (WKO) in de bodem en zonnepanelen op lege percelen tussen de kassen. Ook op dat gebied denkt NMP met de politiek en de inwoners mee. Verder valt de medewerking aan de oprichting van de BuytenHoutTafel te noemen: een nieuwe participatievorm waarin partijen met elkaar in gesprek gaan over ontwikkelingen in het westelijk deel van Buytenhout. Met 150 burgers, verenigingen, ondernemers en andere partijen is in 2018/19 voor dit gebied een gebiedsvisie ontwikkeld, die is opgeleverd aan de gemeenten Delft en Pijnacker-Nootdorp als input voor de ontwikkeling van gemeentelijke Omgevingsvisies in het kader van de nieuwe Omgevingswet.
En dan de Groenzoom. Officieel geopend op 25 juni 2016 vormt het inmiddels een onmisbaar deel van onze rijke natuur. Wat valt er veel te genieten, te wandelen, te fotograferen en – als het weer meewerkt – ook te schaatsen! We hebben bij het ontwerp en de aanleg meegedacht in een klankbordgroep en we nemen deel aan het Gebruikersplatform.
En er is nog veel meer te noemen, zoals de keren dat is er aangesloten bij inspraak en rechtszaken van de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland. En wat dacht je van het langdurige overleg met de provinciale projectleider, de vertegenwoordigers van Boskalis, de betrokken adviesbureaus en de gemeente over de N470 en de daarop aangesloten Komkommerweg. Daarbij ging het vooral over het oplossen van de schade die bouwer Boskalis eind 2018 bij de aanleg van de nieuwe rotonde had aangericht in de Groene Keijzer, het natuurcompensatiegebied ten zuiden van de N470. Maar ons meedenken met de Komkommerweg heeft wel een ecologische zone langs die weg opgeleverd en een kijkscherm bij de Lepelaarsplas. Voor die plas werkt NMP nu met Natuurlijk Delfland samen aan een plan om de ecologie nog verder te versterken.
In de afgelopen 10 jaar zijn we ook steeds meer gaan samenwerken met andere verenigingen. Met betrekking tot onder andere verminderen van lichthinder door de tuinbouw trekken we samen op met Natuurlijk Delfland (KNNV). Samen met de Vogelwacht Delft e.o. assisteren we Staatsbosbeheer bij het beheer van de Groene Keijzer. Voor zaken in de Groenzoom werken we goed samen met Rotta uit Lansingerland en voor excursies maken we sinds een paar jaar regelmatig gebruik van de expertise van IVN.
Het beheren gebeurt op diverse plaatsen. De werkgroep landschapsonderhoud is sinds jaar en dag een van de meest actieve groepen vrijwilligers binnen NMP. In Ackerdijk wordt wekelijks hard gewerkt aan het beschermen van de weidevogels en het open houden van het gebied.
De natuur beleven deden we ook. Bijna elk seizoen werden er cursussen gegeven. Ook werden talloze excursies georganiseerd. In 2018 startte de werkgroep ‘Nieuw elan’ met het organiseren van activiteiten en het werven van nieuwe leden. Door promotie, meer excursies en andere activiteiten werd ervoor gezorgd dat bestaande en nieuwe inwoners NMP konden leren kennen en lid konden worden. Het ledenbestand groeide naar bijna 500 leden.
Vanaf augustus 2015 verschijnt de Verderkijker als glossy A4-magazine vier keer per jaar. De website wordt periodiek vernieuwd: in 2016 en in 2021, zodat de inwoners van Pijnacker-Nootdorp alles kunnen blijven lezen over NMP.
De komende jaren
Voor de komende jaren wordt de uitwerking van de gemeentelijke Omgevingsvisie naar concrete omgevingsprogramma’s en plannen op gebiedsniveau een belangrijk thema. NMP heeft in het participatieproces voor de totstandkoming van deze visie uitgebreide inbreng geleverd. Ook hebben we een gedetailleerde zienswijze ingediend op de recent gepubliceerde ontwerp-Omgevingsvisie.
Als we naar de toekomst kijken, lijkt er dus van de kant van NMP blijvende aandacht en inspraak nodig om de natuur te beschermen en er verantwoord van te kunnen genieten. We kunnen elkaar feliciteren met een bloeiende en vitale vereniging. Op naar de 75 jaar dan maar? We zouden wel gek zijn als we dat elkaar, de burgers van Pijnacker-Nootdorp en de natuur om ons heen niet zouden gunnen!